En… daar gaan we!
Daar zit je dan. Naast de grote kerstboom op Schiphol. 1 januari 2018, 08.42 uur. Terwijl de lucht achter een KLM toestel roze kleurt, probeer ik mijn 128GB geheugenkaart in mijn telefoon te repareren want ik wil een stukje video opnemen. Om 09.26 uur schrik ik van de tijd, geef ik het op en schuif ik de oude vertrouwde 8GB kaart weer in m’n Motorola. Ik haast me naar Gate 3 waar om 10.05 uur het Oman air toestel me via Daman en Muscat naar Goa zal brengen.
De sfeer zit er nog niet echt lekker in. Terwijl ik op de loopband sta, zie ik de gate aan me voorbijtrekken. Geeft niet, ik wil toch nog eerst een wc vinden. Die natuurlijk mijlenver weg is, juist als je er snel nodig hebt. Een rij. Het stinkt. Met maar drie wc hokjes. Nog maar een half uur voordat het vliegtuig vertrekt. Als het mijn beurt is, laat ik alle mensen even zien in welk tempo het ook mogelijk is maar de wc te gaan en ik zet een persoonlijk record neer.
Als ik in een hoog tempo bij de gate aankom, zit de ruimte nog helemaal vol mensen. Zoals altijd. Het is wachten op een handtekening van de beveiliging voor er geboard mag worden. Iets dat in Nederland, in deze tijd natuurlijk uiterst serieus wordt genomen. Terwijl ik kalm afwacht, voert de (Indiase?) jongen naast me een uitgebreid videogesprek in het Arabisch. Ik probeer het te volgen maar verder dan ‘As-salāmu ʿalaykum’ en ‘shukran’ kom ik niet. Ondertussen vraag ik me af waar ik in hemelsnaam aan begonnen ben. Wat bezielt me? Ben ik soms gek dat ik iedereen weer achterlaat. Om in m’n eentje te vertrekken. Twijfels en doemscenario’s. Nee echt gezellig is het nog niet.
In het vliegtuig zit ik naast Hilde. We hebben beide dezelfde eindbestemming. Wat heel toevallig blijkt want dat aantal is van alle passagiers op 1 hand, nou hooguit 2 handen te tellen. We wisselen (o.a. yoga)verhalen uit en Hilde komt al vele jaren in Goa waardoor ze me nog van leuke tips kan voorzien. Ook kunnen we allebei heel goed in een vliegtuig slapen.

In Daman loopt bijna het hele vliegtuig leeg. De overige passagiers moeten blijven zitten terwijl de benzine wordtbijgetankt. Nog voor de verwachtte aankomsttijd komen we aan in Muscat en via een snelle route zitten we alweer bij de gate voor de volgende vlucht. Ruim op tijd. Even mensen kijken is leuk waarbij vooral de gewaden en baarden opvallen, heel extreem is het allemaal niet. Al snel is de wifi verbinding belangrijker tot we weer het vliegtuig in mogen. Dit keer een kleinere versie, mét Indiase maaltijd en flashy schermpjes. De drie uur gaat (al slapend) snel voorbij en voor je het weet sta je al bij ‘immigration’. Gelukkig is alleen Hilde degene die bij de douane vragen krijgt over of ze getrouwd is. Ik krijg alleen een hele vriendelijke glimlach en moet 6 vingerafdrukken achterlaten.
De bagageband duurt lang maar beide tassen komen uiteindelijk op de band voorbij. De (vooraf geregelde) chauffeur van Hilde heeft gelukkig wel een vriend die me naar Arambol kan rijden, we gaan allebei naar een ander plaatsje in Goa. De scherpe prijs die ik verwacht, ziet er toch wat anders uit. Nachttarief. Ja het is ook wel 5 uur ’s ochtends. Te moe van de reis stem ik na een korte afdingpoging in met de prijs, we kunnen gaan.
Na 3 minuten rijden, stoppen we langs de weg waar pannen staan en thee wordt gedronken. Ik sla een rondje over en krijg een flesje water. Niet helemaal op m’n gemak in deze duistere setting, ben ik blij als we verder rijden. Na een leuk gesprek waarbij onze familie-, woon- en werksituaties zijn doorgenomen, komen we iets over zessen s ‘ochtends aan in arambol.
Op straat is alleen hier en daar een verlaten Rus te bekennen. Zittend op de stoep met een fles drank in de hand of aan de mond. De chauffeur waarschuwt me voor de Russen. Die moet ik niet vertrouwen en daar moet ik mee op m’n hoeden zijn. Dat is de Indiase bevolking zelf ook. Even dat je het weet. Bij aankomst geef ik bij gebrek aan licht en slaap ongemerkt veel te veel geld voor de taxirit. Ik krijg het direct netjes weer terug en de waarschuwing dat ik ook daarmee moet oppassen.
Ik wurm me door het hek van het Guesthouse, dat niet meevalt met backpack en al. Na wat voorzichtige ‘helloooo’s’, een wandeling door het Guesthouse, wat trappen op en af, komt een jongen tevoorschijn. Hij laat me mijn kamer zien, maakt het bed op dat (wat) muffig ruikt. Ik zoek m’n sjaal om als deken te gebruiken maar die zit niet in m’n tas. Die bevindt zich ergens tussen Schiphol en Goa.
Ondanks dat het inmiddels 7 uur is, duik ik in bed waar ik 6 uur later weer uitkom. Tijd voor een kleine verkenning!

Add A Comment